Waarom maakt surfen (mij) zo gelukkig?
Na de zoveelste wipe-out, de zoveelste gemiste golf, de zoveelste verzuring tijdens het peddelen, heb ik het mijzelf weleens hardop afgevraagd…
Want inderdaad, ondanks dat ik de auto moet inladen, mij vaak in de kou in mijn wetsuit moet wurmen (of nog erger: er weer uit), de branding door moet zien te komen, de kwallen moet zien te ontwijken (ben ik nou echt de enige de ze ziet?!), de zoveelste slok zeewater binnenkrijg…Toch geniet ik er keer op keer weer van. Dus het lijkt mij terecht om de vraag te stellen: wat maakt deze sport toch zo intens leuk?
Als afgestudeerde in de sportpsychologie kan ik het niet laten om er een passende theorie op los te laten: ik denk namelijk dat het geluksgevoel dat surfen met zich meebrengt aan het fenomeen flow gelinkt kan worden.
Surfen en Flow
Flow wordt in de sportpsychologie beschreven als een mentale staat waarbij je totaal geabsorbeerd wordt door de activiteit waarmee je bezig bent. Je hebt dan even geen oog meer voor al het andere om je heen. Je bent “in de zone”. Andere ‘symptomen’ zijn bijvoorbeeld het verliezen van tijdsbesef en intense concentratie. Waarschijnlijk heb je zelf ook al eens in een flow gezeten, – misschien zonder dat je wist dat het een naam had -, en je hebt vast gemerkt hoe fijn het voelt. Je wilt het liefst dat het niet ophoudt, dat het maar door gaat. Sommigen beschrijven het als een staat van extase (en ja, sommigen ook vergelijken het ook met xtc!).
Flow in de topsport
In de sportwereld is het een belangrijk fenomeen. Topsporters en coaches proberen naar een staat van flow toe te werken voor het leveren van belangrijke prestaties. Hoewel het een ongrijpbaar, bijna mysterieus fenomeen blijft, zijn er interessante wetenschappelijke onderzoeken over te vinden. Zo hebben de grondleggers van dit thema, Csikszentmihalyi (ja, dat was een leuke tentamenvraag) en Jackson, zich verdiept in de factoren die tot flow leiden. Ze kwamen onder andere uit op drie belangrijke factoren:
- Duidelijke doelen
- Directe feedback
- Balans tussen uitdaging en vaardigheid
Flow toegepast op surfen
De surfster in mij heeft echter niet bepaald het idee duidelijke doelen voor ogen te hebben als ze surft (met andere woorden: het voelt soms alsof ik maar wat doe). Om nog maar te zwijgen tussen de balans tussen uitdaging en vaardigheid (die lijkt soms ver te zoeken). Gelukkig weet de sportpsycholoog in mij wel beter. Je kan het namelijk als volgt bekijken:
Duidelijke doelen:
De golf pakken. Dat is je doel. En daarna de volgende. En daarna weer de volgende. Als dat geen duidelijke doelstelling is…
Directe feedback:
Nosedives, wipeouts.. Veel directer zal feedback niet worden. Als je te ver naar voren ligt, dan val je voorover in het water. Als je scheef staat, verlies je je balans. Als je niet op de juiste plek ligt, mis je de golf. Als je (verbaasd en al) nog staat na je pop-up, dan doe je kennelijk iets goed. Inderdaad, er is continu directe feedback.
Balans uitdaging/vaardigheid:
De theorie zegt dat een te makkelijke taak/activiteit snel saai wordt, en een te moeilijke taak snel frustrerend wordt. Om in een staat van flow te kunnen raken, moet je juist met een activiteit bezig zijn die net iets moeilijker is dan je lief is, maar waarvan je weet dat het haalbaar kan zijn voor je … Aha.
Surfen brengt gevoel van flow, flow brengt gevoel van geluk
Kortom, de sportpsycholoog in mij denkt dat surfen zich uitstekend leent voor het bereiken van een ‘flow’-staat. En het geluksgevoel dat de flow-staat met zich meebrengt heeft nou eenmaal iets verslavends. Vandaar dus dat we de wipe-outs, de kou en de verzuring voor lief nemen en keer op keer weer met onze plank onder de arm de oceaan trotseren.
Uiteraard zijn er nog genoeg andere redenen te bedenken waarom surfen zo gelukkig maakt. Sommigen zeggen dat het gelinkt is aan de vitamine D die je krijgt tijdens de zonovergoten surfsessies (moet er wel zon zijn…). Wellicht heeft het ook te maken met adrenaline, en er bestaat zelfs een theorie over water “ionen” die loskomen vanuit de oceaan en die een positieve invloed zouden hebben op gemoedstoestand (deze houden jullie tegoed voor in een volgende blog). Ik denk dat er in elke verklaring wel een kern van waarheid zit, maar vooralsnog sluit ik me volledig aan bij Csikszentmihaly’s:
The best moments in our lives are not the passive, receptive, relaxing times… The best moments usually occur if a person’s body or mind is stretched to its limits in a voluntary effort to accomplish something difficult and worthwhile.